Interview met Product Development Manager Martine Holtkamp en Commercial Manager Remco Jansen
MPS-ECAS heeft afgelopen maand een bericht gestuurd naar alle MPS-ABC kwekers met de belangrijkste veranderingen in het MPS-ABC certificatieschema. Op deze manier komen kwekers tijdens een audit niet voor verrassingen te staan. Per 1 januari 2021 is het vernieuwde MPS-ABC certificatieschema van kracht. De auditoren van MPS-ECAS (de zusterorganisatie van MPS die onafhankelijke audits uitvoert) zullen vanaf 1 maart 2021 volgens het vernieuwde certificatieschema gaan auditen.
In dit artikel vertellen Martine Holtkamp, Product Development Manager bij MPS en Remco Jansen, Commercial Manager bij MPS meer over de belangrijkste wijzigingen.
Waarom zijn het MPS-ABC certificatieschema en de registratieomgeving vernieuwd?
Jansen: “Het vernieuwde MPS-ABC (versie 16) en de bijbehorende registratieomgeving maken het voor kwekers makkelijker en overzichtelijker om aan de eisen van de markt en bijvoorbeeld het Floriculture Sustainability Initiative (FSI) te voldoen. Transparantie over milieuprestaties wordt namelijk steeds belangrijker. Daarnaast wordt de ‘Basket of Standards’ van FSI steeds belangrijker voor bijvoorbeeld de retail.”
MPS heeft ruim 3500 klanten op meer dan 5000 productielocaties wereldwijd. Een groot deel van de klanten is al jaren in het bezit van MPS-ABC certificering. Vanwege het ‘nieuwe derde mandje’ van FSI met eisen op het gebied van geborgde milieuregistratie en de daaruit volgende duurzaamheidseisen moest MPS ook haar certificatieschema ‘updaten’. Daar is in 2018 mee gestart, gesteund door diverse MPS-klantenpanels. Door de vernieuwingen binnen het certificatieschema had ook de online registratieomgeving een update nodig. In 2020 zijn bijna alle MPS-ABC klanten overgegaan naar de nieuwe omgeving waarbij tijdens de ontwikkeling gebruiksvriendelijkheid en actuele registratie centraal hebben gestaan. Ook is er in 2020 gecommuniceerd over nieuwe of aangescherpte eisen binnen het certificatieschema.
Waarover gingen de meeste vragen die de afgelopen weken bij jullie binnenkwamen?
Jansen: “Veel kwekers denken dat alleen MPS de eisen heeft aangepast. We leggen dan uit dat alle registratiesystemen en bijbehorende certificatieschema’s moeten voldoen aan dezelfde eisen willen ze erkend worden door FSI. Daarnaast kregen we ook vragen over het IPM plan, bijkoop en gecertificeerd uitgangsmateriaal.”
Een IPM (Integrated Pest Management) Plan dient aanwezig te zijn. Wat houdt dit precies in?
Holtkamp: “Deze eis is toegevoegd aan het certificatieschema om de bewustwording over middelengebruik te vergroten, het middelengebruik te verduurzamen en te voldoen aan de eisen van FSI. MPS heeft op haar website richtlijnen beschikbaar gesteld voor het opstellen van een IPM plan: dit is geen vast format voor hoe het plan er daadwerkelijk uit moet zien, maar een leidraad zodat voldaan kan worden aan de eisen. Er zit voor een klein deel overlap tussen het binnen MPS-ABC vereiste IPM plan en een aantal elementen die worden ingevuld in de gewasbeschermingsmonitor (die in Nederland wettelijk verplicht is). In het IPM plan kan voor deze elementen een verwijzing naar de gewasbeschermingsmonitor gegeven worden.”
Wat als een teler veel verschillende gewassen heeft? En hoe zit het met het maken van afbeeldingen van plagen zoals in de richtlijnen wordt gezegd?
“Er dient een inventarisatie gedaan te worden naar welke plagen de grootste economische impact hebben op de gewassen”, vertelt Jansen. “Stel, een teler heeft dertig gewassen, dan wordt per gewas of gewasgroep geïdentificeerd welke plagen de grootste impact hebben. Voor alle unieke plagen worden vervolgens de overige stappen van het IPM plan doorlopen; hierin wordt dan verwerkt hoe deze plagen herkend kunnen worden en welke stappen er ondernomen moeten worden de plaag uit te bannen. Binnen onze richtlijnen van het IPM plan is het een vereiste dat er afbeeldingen opgenomen zijn waarop de plagen te herkennen zijn. Dat betekent echter niet dat een kweker zelf afbeeldingen moet maken, er kan bijvoorbeeld verwezen worden naar een poster. Overigens heeft Glastuinbouw Nederland in samenwerking met de WUR onlangs een IPM tool gelanceerd waar de kweker veel informatie kan vinden over dit onderwerp.”
In het nieuwe schema wordt per toepassing het verbruik geregistreerd. Wat is er veranderd ten opzichte van de periode-registratie?
Holtkamp: “Om aan de eisen van FSI te voldoen, gaan we over van registratie per vier weken naar registratie per toepassing. Kwekers vullen per toepassing in wat zij verbruiken. Aan het eind van iedere periode van vier weken bevestigen klanten het verbruik en wordt het verstuurd naar MPS. Om het registreren per toepassing zo makkelijk mogelijk te maken, is het ook mogelijk het verbruik per toepassing te registreren.
Sommige klanten maken gebruik van nog een ander systeem waarbij zij alles al per toepassing registreren. Deze klanten houden dit dus al bij en hoeven in de MPS-ABC registratieomgeving alleen de totalen per vier weken in te voeren. Ook voor telers die gebruikmaken van mestbakken betekent het registreren per toepassing niet dat ze per druppel moeten registreren wat er wordt verbruikt. Indien een teler bijvoorbeeld een mestbak aanmaakt van 150 kilogram, registreert hij deze gewoon eenmalig op dat moment.”
Is er in MPS-ABC versie 16 iets veranderd ten aanzien van het registreren van uitgangsmateriaal?
Holtkamp: “Telers zijn bij MPS-ABC niet verplicht gecertificeerd uitgangsmateriaal te kopen, maar we stimuleren dit wel door punten toe te kennen. Net als in de vorige versie van het MPS-ABC certificatieschema, kunnen kwekers ook nu maximaal tien punten behalen voor het kopen van gecertificeerd uitgangsmateriaal.
Wat wel nieuw is binnen de registratieomgeving is een extra service die wij bieden: de module uitgangsmateriaal waarin telers vrijwillig hun aankopen kunnen registreren zodat de informatie makkelijk toegankelijk is tijdens een audit. Deze optionele module wordt zeer gewaardeerd door onze klanten die er gebruik van maken. De kweker mag dit tijdens een audit ook aantonen door middel van facturen en de boekhouding. Op die manier proberen we ook de gehele keten transparant te maken. Dat is de uitdaging die wij hebben als sierteeltsector.”
Hoe zit het met bijkoop van producten?
Jansen: “Als een kweker producten bijkoopt en deze onder het eigen MPS-ABC certificaat wil verkopen, moeten deze minimaal dezelfde MPS-ABC kwalificatie hebben. Zo willen we voorkomen dat niet-gecertificeerde producten als gecertificeerd op de markt komen. Wanneer er niet onder eigen certificering verkocht wordt, worden er geen eisen gesteld aan de certificering van bijkoop.”
Zijn er nog veranderingen ten aanzien van het registreren van waterverbruik?
Jansen:” Een nieuw criterium in het MPS-ABC certificatieschema is inderdaad de wijze van registratie van waterverbruik, ook als er geen meter aanwezig is. In dat geval moet er een zo realistisch mogelijke inschatting worden gegeven. Hierbij wordt naast de gebruikte hoeveelheid ook de bron waaruit het water is onttrokken geregistreerd”.
Er kwamen ook wat vragen binnen over het feit dat bij een audit de volledige boekhouding aanwezig dient te zijn.
Jansen: “Dit is hetzelfde gebleven als in de vorige versie van MPS-ABC: met de complete boekhouding wordt bedoeld alle in- en verkoopfacturen over de genoemde auditperiode. In het geval van een digitale boekhouding, is toegang tot het boekhoudprogramma voldoende.”
Hoe vaak vinden er audits en monsternames plaats volgens het nieuwe schema?
Holtkamp: “In MPS-ABC versie 15 werd een auditfrequentie van eens in de twee jaar gehanteerd. In de nieuwe versie van het MPS-ABC schema wordt in principe eens in de drie jaar een audit uitgevoerd bij een bedrijf. Dit houdt in dat zodra een bedrijf is geaudit tegen de nieuwe versie van het certificatieschema, de volgende audit na drie jaar wordt gepland. Het kan in de praktijk dus voorkomen dat een bedrijf vorig jaar of twee jaar geleden nog een MPS-ABC audit heeft gehad tegen de oude versie (versie 15) en in 2021 opnieuw wordt ingepland voor een audit tegen de nieuwe versie certificatieschema (versie 16). Als gevolg van de betrouwbaarheidsindex is het ook mogelijk dat een kweker vaker dan één keer per drie jaar wordt geaudit.”
Jansen: “De auditkosten zitten trouwens al in het jaartarief. Naast de audit wordt er één keer per jaar een monstername gedaan.”
Hoe werkt die betrouwbaarheidsindex?
Holtkamp: “We bepalen aan de hand van voorschriften in het certificatieschema hoe betrouwbaar de registratie van een deelnemer is. Een registratie is bijvoorbeeld betrouwbaar als bij een audit blijkt dat de gegevens niet of nauwelijks afwijken van de geregistreerde gegevens. Het te laat insturen van de registratie of wanneer de inzet van niet-geregistreerde stoffen uit monstername blijkt, leidt tot aftrekpunten op de betrouwbaarheidsindex. Iedere deelnemer start met 100 procent betrouwbaarheid. Aftrekpunten leiden niet direct tot de indeling in een lagere betrouwbaarheidsklasse. Wie dus alles volgens het boekje doet, wordt beloond met minder controles. Voordeel hiervan is ook dat een bedrijf ieder jaar weer met een schone lei start.”
Wat gebeurt er met de ingevoerde data?
Jansen: “Wat niet veranderd is binnen het nieuwe certificatieschema is dat de kweker altijd eigenaar blijft van de geregistreerde data. Ondanks dat MPS met de toepassingsregistratie van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen toegang heeft tot meer gedetailleerde data, wordt de data alleen gebruikt in de communicatie naar de individuele kweker. MPS gebruikt de data om de prestaties van de sector te laten zien, soms gericht op een bepaalde regio of gewas, maar de data van een bepaalde kweker zal nooit worden gecommuniceerd met andere partijen.”
Hoe onderscheidt MPS-ABC zich van andere certificatieschema’s?
Jansen: “De kwalificatie wordt berekend over een bepaalde periode en is gebaseerd op verbruik per vierkante meter per teelt. Kwekers met dezelfde producten of productgroepen onder vergelijkbare teeltomstandigheden worden met elkaar vergeleken; op basis hiervan wordt de MPS-ABC-kwalificatie berekend. MPS-ABC is dus een certificaat op basis van data. De kweker heeft daarnaast inzichtelijk hoe hij het doet ten opzichte van voorgaande maanden. Het is hiermee een systeem dat gericht is op verbeteren en verduurzamen. Uniek aan MPS is ook het persoonlijke contact met de kwekers en de hulp bij alle stappen van het certificeringsproces, indien gewenst op het bedrijf zelf.”