Toen Koos Bruinen elf jaar geleden bezig was met de Dipladenia’s in zijn tuin, viel hem iets op. De plant had normaal gesproken altijd last van ongedierte, maar één exemplaar was schoon. De MPS-ABC-, MPS-GAP- en MPS-SQ-gecertificeerde kweker ging op onderzoek uit en ontdekte dat er een bijzonder spinnetje op de plant zat, dat ongedierte wegving. Bruinen ging aan de slag om de populatie van het spinnetje te laten groeien, met succes. Door de ontdekking van het diertje zijn dochter Fleur en zoon Luuk inmiddels een jaar bezig om de kleine rover te verspreiden onder de naam Little Spider.

Het verhaal van Little Spider begint op het bedrijf van Koos en Isabelle Bruinen. Twee jaar nadat Koos de ‘wonderspin’ ontdekte die bijna al het ongedierte op zijn tuin opat, was de populatie al zodanig uitgebreid dat de spinnetjes door de hele kas liepen. “Na drie jaar kon hij minderen met spuiten en nu, negen jaar verder, wordt helemaal geen chemie meer gebruikt”, vertelt Fleur Bruinen.

De tuin werd om de vier weken gekeurd door iemand van Naktuinbouw, maar die kwam eigenlijk alleen maar een ‘bakkie’ doen omdat de teelt altijd schoon was. “Die man vond dat zo bijzonder, hij zei: daar moet je wat mee doen. Maar pa wilde focussen op de tuin en had geen zin om ernaast een extra bedrijf te runnen. Ik zag het wel zitten en met de steun van onze ouders hebben mijn broer Luuk en ik Little Spider opgezet.”

Echte alleseter
De naam van de spin wil Bruinen niet prijsgeven – daar is immers het hele businessmodel op gebaseerd. Wel vertelt ze dat het een inheemse soort is. “Hij komt eigenlijk overal voor in de natuur, maar het is geen overheerser omdat hij te veel natuurlijke vijanden heeft. In de kas overleeft hij echter wel, mits de omstandigheden goed zijn.” In die kas toont de kleine spin zich een echte veelvraat. “Hij eet eigenlijk alles wat insect is – trips, luis, sciara’s, noem het maar op.”

Langetermijnproject
Het lijkt wel een wondermiddel, maar kwekers moeten niet meteen wonderen verwachten. “Je moet geduld hebben. Eerst moet je de nestjes plaatsen en dan duurt het nog drie maanden tot een half jaar voordat de spinnen overal in de kas zitten. Het is dus geen laatste redmiddel. Ook is het heel belangrijk dat je de juiste omstandigheden in de kas creëert. Little Spider kan daarbij helpen, maar als kweker moet je wel goed overwegen of je daar klaar voor bent. We hebben liever tien kwekerijen waar het 100 procent succesvol is, dan heel veel kwekerijen waar het voor 80 procent lukt. We willen dus alleen in zee met bedrijven waar het kans van slagen heeft.”

Mensen helpen
Mede daardoor hoeven de grote producenten van biologische bestrijders niet meteen nerveus te worden, want hun biologische bestrijders gaan prima samen met de Little Spider. “Onze bedoeling is vooral om mensen te helpen. Veel van mijn vrienden zijn tuinderszonen, die zelf ook moesten spuiten. Dankzij ons spinnetje hoeft dat veel minder.”

Het verhaal van het ‘wonderspinnetje’ gaat echter als een lopend vuurtje en steeds meer telers tonen interesse. “Als mensen het horen en naar ons toe komen, willen we hen ook graag helpen, maar we maken zelf niet actief reclame.”

Andere gewassen en andere landen
Toch ziet Bruinen genoeg ruimte voor groei. “We hebben bijvoorbeeld ook proeven lopen in hobbykassen met aubergines, tomaten, komkommers en paprika. Waar ze eerst last hadden van onder andere trips en luis, is na verloop van tijd alles schoon door inzet van het spinnetje. Alleen spint is nog wel een probleem, omdat die populaties explosief kunnen groeien en zich sneller verspreiden dan de spin.”

De spin kan in theorie dus aan de slag in diverse teelten. Bijkomend voordeel is dat het spinnetje niet meegaat met de planten die naar de handel gaan. “Als je de plant waar hij op zit aanraakt, laat hij zich uit zelfbescherming vallen. Zo kan je planten leveren waar geen middelen zijn gebruikt en die toch schoon zijn van insecten en andere diertjes – perfect voor de export dus.”

Die export zou er ook kunnen komen voor de spin zelf – maar belangrijker dan internationale groei is het reduceren van middelengebruik. “We hoeven niet de hele wereld te redden. Het belangrijkste is dat we mensen kunnen helpen om minder chemie en meer biologie in te zetten. Dat is de missie van Little Spider.”