De Club van 100, een project van de business unit Glastuinbouw van de Wageningen University & Research (WUR), zorgt dat de Nederlandse tuinbouw zijn voorsprong op het gebied van kennis behoudt. Dit doet zij door het doen van toegepast strategisch onderzoek. De Club van 100 is nog steeds groeiende.  Op 15 juni is het 73ste lid toegetreden, Amstel Agro, een bedrijf dat zich bezighoudt met minerale meststoffen. MPS is lid sinds februari 2018. Wat doet de Club van 100 eigenlijk en waarom heet het de ‘Club van 100’ als er geen 100 leden zijn?

Jan Willem de Vries, oprichter van de Club van 100 en teamleider proefbedrijf (foto: Wageningen University & Research, Glastuinbouw).

Eigenlijk was de ‘Club van 100’ maar een werktitel. Jan Willem de Vries, oprichter van de Club van 100 en teamleider proefbedrijf bij de WUR bedacht deze titel toen hij een bord zag hangen bij een sportvereniging met daarop deze naam. “De term ‘Club van 100’ wordt gebruikt voor geldwervingsacties waarbij sponsors 100 euro inleggen of waarbij 100 sponsors worden gezocht. In dit geval slaat de naam op het feit dat onze leden allemaal hetzelfde bedrag inleggen: 15.000 euro per jaar. De helft van de bijdrage wordt gebruikt voor onderzoek of advieswerk voor een deelnemend bedrijf en de andere helft komt in een gezamenlijke pot.” Dit bedrag wordt gebruikt om te zorgen dat het Nederlandse glastuinbouwcluster een voorsprong houdt op het gebied van kennis.

De leden van de Club van 100 zijn toeleveranciers en handelsbedrijven in de glastuinbouw. Harold Beek, Deputy Director bij MPS, vertelt: “Wij zijn lid, omdat we met dit lidmaatschap en onze kennis een bijdrage willen leveren aan de verdere verduurzaming van de sector. Daarnaast levert het lidmaatschap, het bijbehorende netwerk en het participeren in projecten ons kennis en ideeën op om de producten en certificatieschema’s van MPS te verbeteren.”

De business unit Glastuinbouw van de Wageningen University & Research (WUR) in Bleiswijk (foto: Wageningen University & Research, Glastuinbouw).

Bijzondere samenwerking
“De samenwerking tussen de overheid, het bedrijfsleven en de onderzoeksinstituten maakt de club bijzonder,” vertelt De Vries trots. “De WUR Glastuinbouw voert het onderzoek uit en de kennis die hieruit voortkomt gebruiken bedrijven voor het verbeteren van hun werkwijze. Daarnaast volgen bedrijven ook de onderzoeken op de voet en haken ze in. Wij gebruiken op onze beurt ook weer hun kennis uit de praktijk. Ik denk dat deze werkwijze uniek is in de wereld.”

Maar hoe wordt besloten welke onderzoeken worden uitgevoerd? De Club van 100 werkt zo: drie keer per jaar is er een algemene ledenvergadering waarin ideeën worden opgehaald en uitgewerkte ideeën worden gepresenteerd. Daarnaast adviseert de adviesraad in de algemene ledenvergadering over projecten. Uiteindelijk zijn het de leden die beslissen welke onderzoeken worden uitgevoerd en waaraan dus het geld uit de gezamenlijke pot wordt besteed. De projecten worden ten slotte voorgelegd aan de topsectoren waarmee de gelden kunnen worden verdubbeld. Het topsectorenbeleid is een bedrijvenbeleid van de overheid om de Nederlandse kenniseconomie te stimuleren.

De Club van 100 is niet alleen goed als kennisorganisatie, maar dient ook als netwerkorganisatie

Duurzaamheid
Momenteel lopen er twaalf projecten en zijn er in totaal drie afgerond. Duurzaamheid speelt altijd een rol binnen een project. Sterker nog, het is een voorwaarde waaraan een project moet voldoen. “Als een project niet op de een of andere manier duurzaam is, wordt het niet uitgevoerd,” aldus De Vries. MPS is betrokken bij het project ‘integrale duurzaamheid’. Dit project gaat over het meetbaar maken van verschillende strategieën op het gebied van geïntegreerde gewasbescherming (Integrated Pest Management, ofwel IPM). Op die manier kan de milieu-impact van verschillende IPM-strategieën worden berekend. Zo kunnen telers hun strategie verbeteren en wordt het transparant wat de milieu-impact is van een bepaalde strategie.

Een project dat De Vries persoonlijk interessant vindt, is het project ‘Licht en Groei’. Bij dit project wordt onder andere onderzoek gedaan naar het duurzaam sturen van een gewas met licht naar een compact en weerbaar gewas. “Zo weten we bijvoorbeeld dat we gewassen weerbaar kunnen maken tegen meeldauw met rood licht.” De club is niet alleen goed als kennisorganisatie, maar dient ook als netwerkorganisatie. “Het leuke aan de Club van 100 vind ik dat hieruit ook weer nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan. Het informele deel vervuld hierin een heel belangrijke netwerkfunctie. Het is dus ook een plek waar bedrijven netwerken en hun krachten bundelen.”