Al meer dan een halve eeuw is Bunnik Bromelia inmiddels in bedrijf. Vandaag de dag zijn 65 mensen op twee locaties – van elk vijf hectare – bezig met kweken en veredelen van de Guzmania, Vriesea, Sierananas en Aechmea. Dankzij de eigen verkooporganisatie, Bromelia Specialist, vinden elk jaar miljoenen Bromelia’s in allerlei kleuren en vormen hun weg naar retailers in heel Europa.

Gert van Butzelaar

Bunnik Bromelia doet veel aan duurzaamheid, vertelt Gert van Butzelaar, Operationeel Manager Teelt & Productie. “We scheiden al ons afval en gebruiken veel karton en gerecyclede materialen in onze verpakkingen. Onze kweekpotten zijn zelfs 100 procent gerecycled.”

Verantwoord omgaan met water is ook een belangrijk thema binnen het bedrijf. “We hebben een gesloten systeem, waarin drainwater wordt gezuiverd en opnieuw gebruikt. Er wordt dus niets geloosd. Daarnaast slaan we regenwater ondergronds op, daar gaat dus ook geen druppel van verloren.”

Op weg naar veenvrij
Een ander belangrijk duurzaamheidsthema bij Bunnik Bromelia is veenvrij telen.  Dat valt niet mee, weet Van Butzelaar. “Veen werkt bufferend, het houdt vocht vast en geeft het af, inclusief voedingsstoffen. Met veenvervangers als rijstkaf of kokos zul je dus meer voedingsstoffen mee moeten geven om kleurverandering te voorkomen.” Toch zijn ze al goed op weg: “We gebruiken inmiddels al bijna de helft minder veen in ons potgrondmengsel. Vorig jaar januari zaten we nog op 80 procent, nu is dat nog maar 40 procent.”

Natuurlijke vijanden en preventieve aanpak
Ook qua middelengebruik zit Bunnik Bromelia goed als het gaat om duurzaamheid. Zo lopen er vijftien verschillende insecten rond in de kas om plagen aan te pakken en zijn er een paar jaar geleden ook gekko’s uitgezet. “Die eten de spinnetjes op. Je ziet ze niet veel omdat ze vooral ’s nachts aan het werk zijn, maar ze zijn er wel. Soms komen we ook kleintjes tegen.”

Er worden ook biociden ingezet, al is 100 procent biologisch nog niet haalbaar. “We hanteren een preventieve aanpak, zodat we minimaal chemisch hoeven te corrigeren. We scouten wekelijks om plagen zo vroeg mogelijk te ontdekken. Zieke planten halen we eruit, we werken schoon en hygiënisch, en gebruiken vangplaten en lokstoffen.”

Het devies is om de planten zo weerbaar mogelijk te maken, onder meer door trichoderma’s mee te geven in de potgrond, goede schimmels die ‘foute’ schimmels als Pythium vernietigen. “Een goede, sterke plant is immers moeilijk ziek te krijgen.”

MPS als waardevolle partner
Zoals gezegd is duurzaamheid in de kwekerij van groot belang voor klanten in de retail. Met de MPS-certificeringen (MPS-A, MPS-GAP, MPS-SQ) die Bunnik Bromelia heeft, kan dat inzichtelijk worden gemaakt. “De samenwerking met MPS ervaar ik als heel prettig”, vertelt Van Butzelaar. “Indien nodig krijg ik makkelijk contact met Service & Support en de registratieomgeving is heel gebruiksvriendelijk.”

Van Butzelaar is ook blij met de nieuwe datavisualisatie: grafieken die in één oogopslag het verbruik laten zien. “Zo zien we hoe we ervoor staan ten opzichte van de normen. Dat is goed voor ons bedrijf, maar ook naar de klanten toe. We geven graag openheid van zaken en gaan het gesprek aan met klanten als er problemen zijn. MPS is daarbij voor ons een goede partner die alles bij elkaar brengt.”